04 aug

Dakshingles leggen

Een goede dakbedekking is essentieel voor het beschermen van je tuinhuis, overkapping of blokhut tegen regen, wind en UV-straling. Bitumen dakshingles zijn hiervoor dé ideale oplossing. Niet alleen zijn ze waterdicht en duurzaam, maar ook makkelijk zelf te monteren. In deze blog én de bijbehorende video leggen wij stap voor stap uit hoe je dakshingles plaatst, welke gereedschappen je nodig hebt en waar je op moet letten voor een strak resultaat.

Wat hebben we nodig bij het plaatsen van dakshingles?

Dakshingles
Bitumenkit
Asfaltnagels
Tapijtmes
Klauwhamer
Kitspuit
Rolmaat
Metselkoord
Emmer met warm water (bij koud weer)

Verschillende soorten dakshingles

In deze blog en video gebruiken wij rechte dakshingles voor het bekleden van het dak van onze blokhut. Naast rechte dakshingles is het ook mogelijk om onder andere te kiezen voor hexagonale of beverstaart dakshingles. Het plaatsen van deze andere soorten gaat op dezelfde manier. Let er wel op dat je bij het plaatsen van beverstaart shingles een pak rechte shingles bijbestelt, deze zijn namelijk beter te gebruiken voor de nokstukken dan beverstaart shingles zelf.

Dakshingles onderlaag

Voordat je begint met het leggen van dakshingles, is het belangrijk dat het houten dakbeschot volledig glad is. Verwijder uitstekende schroeven, spijkers of splinters en schuur beschadigde plekken glad. Een strakke ondergrond zorgt voor optimale hechting van het dakleer en de shingles. Plaats eventueel eerst een laag EPDM folie als extra waterdichte onderlaag, dit verlengt de levensduur van uw dak aanzienlijk.

Bereken tevens hoeveel pakken dakshingles je nodig hebt voor het compleet bedekken van jouw daksbeschot. Één pak dakshingles is goed voor het bedekken van 3 vierkante meter. Deel daarom de totale oppervlakte van je dakbeschot door 3, zodat je precies weet hoeveel pakken je nodig hebt. Bestel tevens één extra pak shingles voor het maken van nokstukken. Hier komen we later in dit stappenplan op terug.

Stap 1: Begin met de onderste rij

De eerste rij shingles leg je ondersteboven aan de onderrand van het dak, met ongeveer 4 cm overstek. Dit zorgt ervoor dat regenwater netjes de dakgoot instroomt en niet achter de gevelbekleding loopt. Deze startlaag vormt de basis voor alle volgende rijen. Het bevestigen van de dakshingles doen we met asfaltnagels. Meet van tevoren de dikte van je dak op en ga voor asfaltnagels die niet langer zijn dan de dikte van het dak. Zo zorg je ervoor dat de spijkers niet door het dakbeschot heen gaan en aan de binnenkant uitsteken. Spijker elke shingle vast met asfaltnagels in de lijmlaag, net boven de tabs en snijd de zijkanten af met een tapijtmes.

Let op: gooi de reststukken, die je aan de zijkanten van de stroken afsnijdt, niet weg! Deze kun je aan het einde van het bedekken van het dak gebruiken voor het maken van nokstukken. Deze worden namelijk uit de volledige stroken gesneden.

Stap 2: Eerste laag dakshingles leggen

We beginnen met de rechte dakshingles, die bestaan uit drie tabs per strook. Zorg dat de eerste rij normaal geplaatste shingles precies over de omgekeerde laag komt te liggen, zodat je de omgekeerde rij niet ziet. De omgekeerde rij dient namelijk alleen als waterdichte laag voor de eerste normaal geplaatste rij.

Stap 3: Volgende lagen aanbrengen

Werk bij de volgende lagen op dezelfde manier verder zoals je de eerste laag ook hebt geplaatst. Begin aan de zijde waar je de onderliggende rij bent geëindigd, zodat je eenvoudig en snel door kunt werken. Zorg ervoor dat de tweede laag shingles met de onderkant van de strook, de naad aanraakt van de onderliggende strook. Zo zorg je ervoor dat alleen de tabs zichtbaar zijn en niet de lijmlaag en het gedeelte daarboven. Wij plaatsen de shingles in een halftabs (halfsteens) verband. Hoe kun je dit zelf ook realiseren? Zorg ervoor dat je de eerste strook van de tweede rij (en de daaropvolgende) met de naden in het midden aan de bovenkant van de onderliggende tabs plaatst. Zo krijg je een resultaat wat lijkt op het voorbeeld hieronder. De stroken zet je uiteraard ook bij deze lagen weer vast met asfaltnagels en snij je aan de zijkanten af met een tapijtmes.

Stap 4: Bekleed de andere kant van het dak

Heb je één deel van het dakbeschot klaar? Ga dan verder met de andere kant van het dak. Dit doe je uiteraard op dezelfde manier. Werk aan beide zijden van het dakbeschot helemaal door tot aan de nok van het dak. Uiteindelijk krijg je dan een resultaat wat lijkt op de foto hieronder. Kom je niet helemaal uit met de stroken aan de bovenkant van het dak? Dan kun je het gedeelte wat uitsteekt afsnijden. Hier worden nekstukken overheen geplaatst.

Stap 5: Kitten van de dakshingles

Het is belangrijk dat de dakshingles goed vastzitten. Daarom brengen we onder de loszittende shingles een laagje bitumenkit aan met een kitspuit. De kit zorgt ervoor dat de dakshingles niet los komen te zitten en bij een harde windvlaag omhoog vliegen. Wanneer dit gebeurt loop je namelijk het risico dat de shingles losscheuren. Ga alle shingles daarom bij langs en breng de kit aan waar nodig. Ga je de dakshingles monteren met een koude buitentemperatuur? Leg de flacons met kit dan in een emmertje met warm water, hierdoor is de kit makkelijker te verwerken.

Stap 6: Nokstukken maken en plaatsen

Als beide kanten van het dak afgewerkt zijn tot de nok, dan is het tijd om de nokstukken te maken en te plaatsen. De nokstukken snijden we met het tapijt mes uit de volledige stroken en de overgebleven reststukken. Uit een volledige strook rechte dakshingles zijn 3 nokstukken te halen. Als je de nokstukken uit de tabs hebt gesneden dan kun je deze aan de bovenkant schuin afsnijden. Snijd dus niet de tabs schuin af, maar kant aan de bovenkant van de lijmlaag. De onderkant van de stukken zijn namelijk zichtbaar. Snijd als laatste één tab wel helemaal tot het donker gekleurde gedeelte af, deze gebruik je namelijk als eindstuk om de nok af te maken.

Als je alle nokstukken op maat hebt gesneden dan kun je deze gaan plaatsen. Het zichtbare gedeelte van de nokstukken lijm je vast aan het dak met de bitumenkit en het gedeelte dat wegvalt onder het volgende nekstuk bevestig je met twee asfaltnagels. Herhaal dit totdat je bij het laatste nokstuk aan bent gekomen. Dit nokstuk bevestig je ook met de bitumenkit, maar zet je ook aan de rand nog vast met twee asfaltnagels. Hier komt uiteindelijk nog een windveer overheen, dus de twee asfaltnagels zullen dan wegvallen en niet zichtbaar zijn.